De combinatie van leren en ervaring opdoen in de praktijk bereidt leerlingen en studenten voor op hun toekomstige baan. Praktijkleren bij een erkend leerbedrijf, stage lopen of een afstudeeropdracht doen: voor elk niveau bestaan manieren om werken en leren te combineren.

Op deze pagina

erkend leerbedrijf (vmbo/mbo)

Een bedrijf dat leerlingen van het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) of studenten van het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) wil opleiden, moet eerst een erkend leerbedrijf worden. Daarvoor moet het bedrijf voldoen aan de voorwaarden die de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) stelt voor de erkenning als leerbedrijf. De erkenning kan bij de SBB worden aangevraagd. De gegevens van alle erkende leerbedrijven staan op Stagemarkt.nl.

leerwerktraject (vmbo)

In een leerwerktraject volgen vmbo-leerlingen onderwijs en lopen ze stage bij een door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) erkend leerbedrijf. Deze stage moet ten minste 640 en maximaal 1280 uur omvatten. 

Daarnaast bieden scholen in het vmbo verschillende soorten stages aan, zoals een snuffelstage, arbeidsoriënterende stage en een beroepsstage. De school kan helpen bij het vinden van een stage, maar dit is niet verplicht. Bedrijven die willen meewerken aan leerwerktrajecten of stages moeten ervoor zorgen dat zij een erkend leerbedrijf worden.

beroepspraktijkvorming (mbo)

Het leren van een vak in de praktijk, de beroepspraktijkvorming (bpv) ofwel praktijkonderwijs, is een verplicht  onderdeel van de twee leerwegen in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo): de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) en de beroepsopleidende leerweg (bol). Bbl-studenten werken doorgaans vier dagen in de week en krijgen een dag per week les op school. Bol-studenten zitten juist de meeste tijd op school en volgen daarnaast een of meerdere stages. Studenten mogen alleen beroepspraktijkvorming volgen bij een erkend leerbedrijf.

Als een student in de praktijk gaat werken, sluit hij eerst een praktijkovereenkomst met de school en het leerbedrijf waar ze werken (leerwerkbedrijf). Bbl-studenten kunnen naast de praktijkovereenkomst een arbeidsovereenkomst aangaan. Het leerwerkbedrijf neemt de student dan in dienst. Bol-studenten worden niet in dienst genomen door het leerwerkbedrijf, maar krijgen een stageovereenkomst. Vaak krijgt een bbl-student een salaris en een bol-student een stagevergoeding (dit is in veel cao’s geregeld).

praktijkverklaring (mbo)

Voor sommige mensen is het behalen van een mbo-diploma of mbo-certificaat een brug te ver. Praktijkleren met de praktijkverklaring biedt dan uitkomst: kortdurende scholing voor eenvoudige werkzaamheden, die de medewerker volledig op de werkvloer kan aanleren.

Deze leerbaan is bedoeld voor medewerkers zonder startkwalificatie, of voor medewerkers die wel een startkwalificatie hebben maar niet verder gaan leren. De medewerker ontvangt een praktijkverklaring voor de vaardigheden die zijn opgedaan tijdens specifieke leerprocessen. Mbo-scholen verstrekken de praktijkverklaring als onderdeel van een mbo-verklaring.

duale opleiding (hbo)

Een duale opleiding is een combinatie van werken en leren in het hoger beroepsonderwijs (hbo). Deze onderwijsvorm is met name interessant voor mensen die al een baan hebben of mbo-studenten in de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Omdat de lesinhoud en opdrachten zijn gekoppeld aan de situatie op het werk is het niet mogelijk om een duale opleiding te volgen zonder passend werk. 

De duale student sluit een onderwijsarbeidsovereenkomst af met  de werkgever en de onderwijsinstelling. De student/werknemer ontvangt een salaris en krijgt in het bedrijf waar hij werkt taken opgedragen waarvoor hij de verantwoordelijkheid draagt. Daarbij wordt hij begeleid vanuit het bedrijf en vanuit de school. Het diploma van de duale opleiding is gelijk aan dat van de reguliere opleiding.

Meer informatie over duale opleidingen is verkrijgbaar bij hogescholen, universiteiten en brancheorganisaties. Op duaalopleidingen.nl staat een overzicht van alle duale opleidingen in Nederland.

stage en afstudeeropdracht (hbo/wo)

Studenten in het hoger onderwijs (hbo en wo) kunnen in het kader van hun studie een stage lopen. Op die manier doen zij praktijkervaring op in een arbeidsorganisatie. Het hoger onderwijs kent verschillende stages, afhankelijk van de opleiding die iemand volgt. Deze stages lopen uiteen van snuffelstages en meeloopstages tot afstudeer- of onderzoeksstages. 

De afstudeeropdrachten variëren van praktijkgericht tot theoretisch. Voorbeelden zijn het doen van marktonderzoek, het organiseren van een beurs, het analyseren van bedrijfsprocessen en het opstellen van een advies.

stageovereenkomst

Een stageovereenkomst verschilt met  een arbeidsovereenkomst op de volgende punten:

  • Het werk van de stagiair is voornamelijk gericht op het uitbreiden van de eigen kennis en het opdoen van ervaring in het kader van een bepaalde opleiding.

  • De stagiair krijgt geen loon, maar ontvangt een stagevergoeding of een (onkosten)vergoeding voor de werkelijke kosten. De gemiddelde stagevergoeding voor hbo- en wo-studenten ligt rond de € 400 per maand. Een stagevergoeding is niet verplicht, tenzij dit in de cao is geregeld.

Als een stageovereenkomst te veel gaat lijken op een arbeidsovereenkomst, kan dat problemen opleveren met de loonheffing.

Als de stagiair goed bevalt, kun je er als werkgever voor kiezen om hem in dienst te nemen. In de arbeidsovereenkomst mag dan geen proeftijd meer worden opgenomen, tenzij de werkzaamheden van de stagiair veranderen.