Autonomie betekent dat je onafhankelijk bent, zelfstandig werkt en je eigen keuzes maakt. In een werkomgeving houdt dat in dat je geen sturing van bovenaf nodig hebt: je pakt projecten zelfstandig op en voert ze uit op jouw manier. Je denkt na over je werk én over hoe je dat werk het beste kunt aanpakken. Zelf denken én doen dus.
Autonomie draait om:
-
zelf keuzes maken én de keuzes van anderen respecteren;
-
nadenken over je manier van werken;
-
vertrouwen geven én ontvangen;
-
verantwoordelijkheid nemen;
-
werkzaamheden kunnen uitbesteden zonder micromanagement.
zo ontwikkel je autonomie
Autonomie ontwikkel je niet in één keer. Het begint met inzicht in jezelf en groeit naarmate je bewust keuzes maakt in je werk. Autonome professionals nemen verantwoordelijkheid, denken vooruit en durven hun eigen koers te varen. Dat betekent:
-
zelf nadenken over je aanpak;
-
actief communiceren over je behoeften;
-
grenzen stellen en bewaken;
-
leren vertrouwen op je eigen oordeel.
Door regelmatig te reflecteren en het gesprek aan te gaan met collega’s of leidinggevenden, geef je richting aan je ontwikkeling. Autonomie vraagt om lef en duidelijkheid, maar levert je meer werkplezier, groei en impact op.